Skip to main content

Een van de taken van het Taalhuis is het bereiken van nieuwe deelnemers (mensen die moeite hebben met basisvaardigheden). Ook nemen ze intakes af en verwijzen ze deelnemers door naar passend aanbod. Hierbij zorgen ze voor een goede match tussen leervraag en aanbod. Het volgen van de deelnemers is ook onderdeel van de aanpak: zit de deelnemer op zijn plek, krijgt hij passend aanbod en wat zijn de vorderingen in zijn leertraject?  

Tip: Handreiking Kwaliteit 

De doelgroep ‘deelnemers’ is heel divers. Denk aan een verschil in leerwens, leeftijd, persoonlijke omstandigheden, enzovoort. In de Handreiking: Kwaliteit bij de aanpak van basisvaardigheden staat een themapagina over doelgroepen en werving. Hierin staat een aantal tips die helpen bij het vinden en bereiken van deze doelgroep. Denk aan het bieden van aanbod gericht op de leefwereld van de doelgroep, het betrekken van de doelgroep en een samenwerking aangaan met vindplaatsen zoals kinderopvang, scholen en werkgevers. 

Deze laatste tip is van belang om moeilijk bereikbare doelgroepen te werven. De goede band die bijvoorbeeld scholen, schuldhulpverlening en welzijnsorganisaties hebben met mensen, kan een mooie basis bieden om het gesprek aan te gaan over basisvaardigheden. 

Naar de Handreiking: Kwaliteit bij de aanpak van basisvaardigheden

CBCT 

De Certificeringsorganisatie Bibliotheekwerk, Cultuur en Taal (CBCT) toetst als onafhankelijke organisatie de kwaliteit van taalhuizen. Daarnaast deelt CBCT kennis en informatie. 

Bij het volgen van deelnemers kun je denken aan concrete resultaten en aan impact. Vaak worden daarbij de begrippen ‘output’ en ‘outcome’ gebruikt. Output is wat er concreet is gedaan of gemaakt. Het gaat dan bijvoorbeeld om het aantal deelnemers, hun vorderingen of het aantal doorverwijzingen naar aanbod van partners. Outcome zegt iets over de impact van de activiteiten van het Taalhuis. Bijvoorbeeld dat een deelnemer na het volgen van een traject een gesprek in het Nederlands kan voeren. Of dat deelnemers zich minder eenzaam voelen. 

Je leest er meer over op de website van CBCT bij kwaliteitsnorm 6: Resultaten en verantwoording. 

Naar de website van CBCT

Werven van deelnemers 

Op onze website staan verschillende artikelen over het vinden en bereiken van deelnemers. 

Voorbeeld: Werven van deelnemers met KLASSE! 

Een van de manieren om mensen met Nederlands als moedertaal te werven is via de methodiek van KLASSE! Deze methode gaat uit van het idee dat je mensen het best bereikt als je ze aanspreekt op een manier die bij hen past. En die aansluit bij wat volwassenen zelf willen leren.  

In KLASSE! zijn vier profielen beschreven met hun kenmerken en hun bezigheden: Fatima, Wesley, Gerard en Elly. Bij elk profiel staat informatie: wie het zijn, de vindplaatsen, wat hun interesses zijn, enzovoort. Er zijn ook leerwensen geformuleerd zoals ‘ik wil zelf mijn geld verdienen’, ‘ik wil fit oud worden’, enzovoort. Via die leerwensen kun je gepaste cursussen aanbieden. Zo’n cursus verleidt mensen om aan de slag te gaan met leren. En er wordt een moment gecreëerd om de basisvaardigheden te observeren en bespreken. 

Lees meer op de website van CINOP.

Voorbeeld: Werven van deelnemers met camouflage-aanbod 

Cubiss Limburg heeft vijf camouflageworkshops ontwikkeld met als doel: een laagdrempelig bereik van NT1’ers en NT2'ers met beperkte basisvaardigheden. Tijdens de workshops behandelen ze thema's die relevant zijn in het dagelijks leven, zoals winkelen en boodschappen doen in de supermarkt. 

Ongemerkt worden de taal-, reken- en digitale vaardigheden van de deelnemers vergroot, waardoor de workshops een prima tussenstap kunnen zijn naar een cursus taal of digitale vaardigheden. 

De workshops bestaan uit een handreiking voor de begeleiders en een werkboek voor de deelnemers. Elke workshop duurt (met pauze) ongeveer 1,5 tot 2 uur. Ideaal om bijvoorbeeld uit te voeren tijdens een Taalcafé. 

Lees meer in het artikel: camouflage-workshops

Doorverwijzen van deelnemers 

Een intake van een deelnemer vindt plaats bij het Taalhuis of bij een van de partners in de regio. Dat is niet altijd de plek waar de deelnemer het beste aanbod kan krijgen. Het is dan belangrijk om te zorgen voor een goede doorverwijzing naar ander aanbod. Zorg voor een warme overdracht, bijvoorbeeld door samen met de deelnemer contact te leggen met de andere partij. En check later of de deelnemer inderdaad gestart is en op de goede plek zit. 

Meestal is de intaker op de hoogte van het aanbod in de regio. Bijvoorbeeld door de informatie van hetinformatiepunt.nl. Gegevens kunnen veilig worden overgedragen door een systeem als MATCH van Het Begint met Taal. 

Bij het doorverwijzen worden persoonsgegevens van deelnemers uitgewisseld. Denk bij het doorverwijzen aan de wet AVG, de Algemene verordening gegevensbescherming.  

Lees daarover meer in ons Kennisdocument over de AVG. 

Monitoren van deelnemers 

Als Taalhuis wil je deelnemers volgen. Maar wat ga je monitoren en waarom? Gaat het om aantallen of om resultaten? En hoe voer je dat uit? Daarvoor zijn verschillende mogelijkheden. 

  • Bij trajecten met WEB-financiering is het verplicht de aantallen deelnemers door te geven voor het Landelijk Beeld Volwasseneneducatie (LBV). Alle Nederlandse WEB-contactgemeenten ontvangen een uitnodiging van het CBS voor het invullen van een korte vragenlijst. Het LBV registreert geslacht, geboortejaar, moedertaal, postcode, woonplaats en het soort en type cursus.

  • MATCH is een online tool van Het Begint met Taal. Je kunt er deelnemers en vrijwilligers mee matchen. Maar ook registreren, doorverwijzen, koppelen, monitoren en rapporteren. Zo houdt je aantallen bij, maar ook resultaten en impact.

  • De KB nationale bibliotheek heeft de Bibliotheekmonitor. Daarmee wordt onder andere de dienstverlening voor volwassenen in kaart gebracht, zoals aanbod, kenmerken, opbrengsten en impact. De vernieuwde Bibliotheekmonitor bundelt alle onderzoeken die voorheen werden uitgevoerd via de (oude) Bibliotheekmonitor, de Outputregistratietool en de Impactmonitor.

  • Adviesbureau Artéduc voert met prof. dr. Maurice de Greef onderzoek uit naar de impact van volwasseneneducatie op het sociaal domein en basisvaardigheden. Artéduc heeft de afgelopen 10 jaar meer dan 130 onderzoeken in circa 200 gemeenten gerealiseerd. 

  • Aantallen zijn goed te monitoren. Het registreren van vorderingen is lastiger; deelnemers maken niet vaak een niveausprong in taal of rekenen. Je kunt wel de impact van een traject weergeven door persoonlijke verhalen: wat heeft het de deelnemer gebracht, hoe is hij verder gekomen door het volgen van dit aanbod? Op de website van Stichting Lezen en Schrijven staan een aantal verhalen van deelnemers. Ook op de website van Het begint met Taal zijn verhalen van deelnemers te vinden. Beschrijf ervaringen van jullie eigen deelnemers om de impact én de noodzaak van de aanpak van basisvaardigheden te laten zien.

Artikel: Realistisch evalueren

Hoe meet en evalueer je in de volwasseneneducatie de behaalde resultaten van een deelnemer? In het artikel Realistisch evalueren beschrijft Yannick Bleeker de belangrijkste stappen van de methode: concretiseren, redeneren en meten. Je krijgt inzicht in hoe je behaalde resultaten in kaart kunt brengen en deze inzichten kunt gebruiken om leertrajecten te verbeteren. 

Dit artikel is onderdeel van een reeks artikelen voor iedereen die volwassenen begeleidt bij het uitbreiden of bijspijkeren van hun basisvaardigheden. 

Lees hier het artikel 'Realistisch evalueren' van Oefenen.nl
Basis over basisvaardigheden Handboek Taalhuisprofessionals
Terug naar boven

Op de hoogte blijven?

Heb je interesse in meer informatie over basisvaardigheden? Meld je dan aan voor de nieuwsbrief.